EXODUS

Maatregelen tegen invasieve exoten in de bodem

Begin juli 2021 heeft het dagelijks bestuur van de Euregio Rhein-Waal het EXODUS-project goedgekeurd als prioritair II-kaderproject van het INTERREG V A-programma met een budget van 50.000 euro. Het project wordt gecoördineerd door GIQS en heeft onder meer tot doel een nieuwe methode voor biologische bodemsanering te testen.

Boer dekt een stuk land luchtdicht af | Bron: Loonbedrijf Seelen

In Nederland en Duitsland is de grond die wordt gebruikt voor bijvoorbeeld de vermeerdering van plantmaterialen en teelt van groenten en bomen kostbaar en beperkt. Steeds vaker moet grond tijdelijk aan de landbouw worden onttrokken wegens uitputting of door aantasting van bodemziekten of -plagen (bv aaltjes) en invasieve exoten. Dit is een ramp voor de agrariër, die meestal geen alternatieve grond ter beschikking heeft.

Om uitputting van de bodem of aantasting door bodemziekten te voorkomen, is duurzaam bodembeheer van cruciaal belang. Zodra een bodem is aangetast door invasieve exoten zoals de Japanse duizendknoop of de knolcyperus, moet de eigenaar dit melden aan de overheid en de grond zo nodig braakleggen tot is aangetoond dat de exoot is verwijderd. In sommige gevallen is dit een grote uitdaging en kan het jaren duren. De economische impact voor het individuele bedrijf of voor de hele sector is enorm.

Een van de veelbelovende nieuwe concepten heet anaerobe (biologische) grondontsmetting, dat o.a. door Wageningen University & Research positief is getest. Het principe van biologische bodemontsmetting is simpel en doeltreffend. Per hectare wordt veertig tot vijftig ton vers groen raaigras geklepeld, gefreesd en gespit voor een goede menging in de bouwvoor. Voor de luchtdichte aflegging wordt met VIF-folie in banen van 3,70 meter een perceelluchtdicht afgedekt. In deze zuurstofloze situatie, oftewel anaerobe, verteert het raaigras snel. Het gaat om een combinatie tussen voeding oftewel de eiwitten uit het gras, vocht en een temperatuur boven de zestien graden. Dit zijn factoren die het bodemleven activeren. De technologische ontwikkeling is min of meer afgerond.

In EXODUS staat het testen van het prototype op verschillende vraagstellingen en het samenwerken met grondeigenaren centraal. De projectpartners gaan samenwerken met teelt -en vermeerderingsbedrijven en met deskundigen op het gebied bodemleven en bodemgezondheid. Het is essentieel om vast te stellen, welke effecten de biologische ontsmetting op de bodem heeft. Daarom wordt in het project o.a. in het veld op verschillende testsituaties met moderne sensoren gekeken naar de processen in de bodem voor en na de grondontsmetting.

Projectpartners

Het eenjarige project wordt gecoördineerd door GIQS en uitgevoerd samen met de twee andere partners Suolo B.V. en Loonbedrijf Seelen B.V. uit het Duits-Nederlandse grensgebied.

Geldgevers

Exodus wordt medegefinancierd in het kader van het INTERREG V A-programma Deutschland-Nederland met middelen van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en de Nederlandse provincie Gelderland. Het wordt begeleid door de programmamanagement van de Euregio Rhein-Waal.

  • Subsidieprogramma: INTERREG V A
  • Budget: 50.000 Euro
  • Looptijd: 04/21 - 03/22
  • Partners: GIQS + 2